Afgelopen zaterdag deden Robin Vogelaar en Bennie Provoost mee aan het Nederlands kampioenschap sneldammen. Robin speelde mee bij de junioren en prolongeerde zijn vierde plaats van vorig jaar. Helaas dus net geen eremetaal voor Robin. Bennie werd in maart WHDB-kampioen en mocht daardoor meedoen bij de senioren. Hij behaalde een fraaie derde plaats na een barrage met Jeroen van den Akker en Sven Winkel. Bennie en Robin schreven beiden een verslag, die hieronder zijn te lezen.


16 juni was het weer zover, het Nederlands Kampioenschap Sneldammen werd gehouden en bij de junioren voor mij de eerste krachtmeting dit jaar met de concurrenten die ik ook later dit jaar zal ontmoeten. Van tevoren stond al vast dat de groepen alles behalve eerlijk ingedeeld waren en dat pakte heel gunstig voor mij uit. Waar in andere groepen rake klappen vielen en ambities verloren gingen, ging ik fluitend met een 100%-score naar de hoofdgroep.

Ik wist dat het mij in de hoofdgroep veel minder gemakkelijk af zou gaan en dat werd een voldongen feit toen ik in de eerste ronde verloor van Martijn Rentmeester door een te snel gespeelde zet in het middenspel. Daarna eindigden twee spannende partijen in remise en toen won ik van Zainal Palmans met een perfect kloppende aanvalspartij. Vervolgens moest ik tegen Pim Meurs en ik wist dat ik moest winnen om nog kans te maken op een podiumplek. Ik ging er dus vol voor, maar verloor kansloos. De wedstrijd daarna eindigde in remise en vervolgens won ik redelijk simpel van Joppe Lemmen. De volgende ronde was de laatste en mijn volgende tegenstander, Pieter Steijlen, maakte nog kans op de eerste plek en ging dus vol voor de winst. Hij liep echter te pletter en nam toen een veel te duur zetje. Hij werd derde en ik vierde. Het was het einde van een leuk toernooi en een leerzame training voor het NK junioren dat voor de deur staat...


Zaterdag 16 juni werd in Zaandam het NK sneldammen gehouden. Hiervoor had ik mij geplaatst via de WHDB.

Ongeveer twee weken voor het toernooi was ik begonnen met de voorbereiding: combinaties oplossen uit de boeken van Boezjinski (zeer goed materiaal overigens(!)) en schijveneindspelletjes uit het onmisbare Russische eindspelboek van Moser. Verder speelde ik wat sneldampartijtjes op www.kurnik.org

Eindelijk was de grote dag aangebroken. Ik had de trein van 8:22 uur uit Zoetermeer, en kwam rond 10:15 uur aan op de plaats van bestemming. Keurig op tijd dus! Na twee oefenpartijtjes tegen collega-Zeeuw Martijn Rentmeester (één keer verlies en één keer winst) kon het voorrondefeest beginnen.

De eerste ronde trof ik Leijenaar, een oude bekende... Leijenaar was overduidelijk op remise uit. Met een 'opvangstructuur' speelde ik zijn klassieke aanval over links tegen. Dit speltype heb ik ooit goed bestudeerd, dus ik voelde me als een vis in het water. Toen Leijenaar een gevaarlijke voorpost plaatse op veld 17 was het pleit beslecht. Leijenaar dacht te verhinderen dat ik die voorpost won, maar overzag een eenvoudige doorbraakcombinatie.

Ronde twee zat ik tegen Knipper. Omdat deze op mijn 'verlanglijstje' stond, ging ik er extra voor zitten. Na een vijftiental zetten liep deze in een bekende damcombinatie. Na damafname stond ik een schijf voor, en won ondanks (aanzienlijke) zwarte compensatie de partij. Ronde drie zat ik tegen Zweerink. Zweerink speelde de opening degelijk en leek iets makkelijker te staan. Na een grote hak bood ik remise aan. Dit werd geaccepteerd.

Ronde vier het treffen met Van Dusseldorp. Van Dusseldorp leek mij de gevaarlijkste concurrent. Omdat ik met twee winstpartijen nog niet veilig was besloot ik op winst te spelen. Vanuit de Vosvariant kreeg ik een aantrekkelijke omsingeling. Later leek de aanval van Cor sterker te worden. Reden voor mij om een (tactisch) remiseaanbod te plaatsen. Dit werd echter geweigerd. Een tiental zetten later bleek de achtergebleven schijf van Cor op 35 heel slecht te worden. Mijn aanval ging rechts ook snel. In tijdnood ging er aan beide zijden nog wat mis, maar uiteindelijk liep Cor volledig vast. Omdat de rest ver achter bleef, was ik al geplaatst voor de finale.

Ronde vijf kon ik voluit spelen tegen Slotboom. Ik had van Dusseldorp echter beloofd dat ik goed mijn best zou doen voor hem. Vooraf had ik Slotboom ook op mijn 'verlanglijstje' staan. Niet omdat hij een zwakke speler is, integendeel. De grootste zwakte van Slotboom is echter dat hij absoluut niet realistisch is en vaak denkt zich alles te kunnen permitteren. Ik hoopte dan ook hiervan te profiteren. De opening van Slotboom was vreemd maar speelbaar. De Roozenburg die later ontstond was niet beter voor mij. Slotboom had echter bijna al zijn tijd verbruikt, en ik had nog ruim drie minuten tot mijn beschikking. Een simpel zetje bracht mij de twee punten. De finale kon beginnen!

Ronde één: de Leeuw-BP Johnny speelde een passieve opening. Dit leverde mij een sterke flankaanval op. De aanval werd sterker en sterker en ik veroverde dan ook alle velden (27, 28 en 29). Johnny brak nog wel door, maar de overmacht werd te groot.

Ronde twee: BP-Klarenbeek. Van deze tegenstander had ik in Brussel nog gewonnen. Psychologisch was ik dus in het voordeel! Helaas speelde ik een matige opening en wist niets positiefs te bereiken. Het meest positieve was wel dat ik snel klaar was (remise) en even kon rusten.

Ronde drie: Sekongo-BP. Tegen Sekongo heb ik vaak gewonnen met sneldammen. Helaas is dit sinds Brussel dit jaar veranderd ten gunste van Leopold... Vanuit de opening liet Sekongo zich opsluiten aan zijn korte vleugel. Ik besloot dat ook te doen om de spanningen wat op te voeren. Na een vaag hersenspinsel van mij liet ik Sekongo glippen uit de KVO (ik dacht juist dat ik mijzelf bevrijdde...). Hierna kon ik nog wel ontsnappen uit de KVO, maar ik dacht dat het nog steeds speelbaar (kansrijk) was. Ik bleef dus gewoon staan waar ik stond. Het werd niets. Ik wist het laatste remisegaatje ook niet meer te vinden en ging er kansloos af!

Ronde vier: BP-Winkel. Een interessant gevecht in de Roozenburg-opstelling. Deze partij had wel wat weg van de stampartij: Roozenburg-Springer. Ik zette schijf 23 van Sven onder druk. Deze antwoorde met een aanval op schijf 27. Hierna kwam er een damzet in, maar die kon ik toelaten. Sven had dit wat laat gezien en besloot van speltype te switchen. Met (25-30) 34x25 (23x34) kwam Sven op veld 34 terecht. Deze schijf werd een makkelijke prooi voor mij. Nadeel was wel dat Sven door mijn linker vleugel wist te breken. Ik won nog een schijf (19) en we gingen beiden naar dam. Ik had echter één schijf meer... In het eindspel werden wederzijdse fouten gemaakt. Belangrijke diagonalen werden prijsgegeven. Uiteindelijk had ik een winnende overmacht(vier tegen vier, maar ik had de diagonalen en de dammen) in handen, maar ik raakte een schijfje kwijt (dacht een finesse te hebben, maar die bleek er niet in te zitten...). Ik speelde vervolgens nog op één trucje, en Sven werd een dankbaar slachtoffer.

Ronde vijf: Meijer-BP Bij aanvang van deze ronde stonden Meijer, Sekongo, Winkel, de Leeuw en ik op plus één. Sekongo had verrassend van van den Akker gewonnen! Ik wilde nu graag winnen van Hein om de koppositie te veroveren en speelde zeer scherp. Hein speelde echter degelijk tegen en leek enig voordeel te krijgen. In tijdnood leek het te kantelen. Ik nam echter veel te veel hooi op mijn vork en binnen enkele zetten was mijn stelling een ruïne geworden. Ook had ik te maken met hevige tijdnood (voor de eerste en laatse keer deze dag!) Een eenvoudige doorbraakcombinatie bracht Hein beide punten.

Ronde zes: Knipper-BP Knipper had tot nu toe slechts één punt. Ik ging dus uiteraard vol voor de winst. Ik bood Knipper een kansrijke KVO aan, maar dit werd geweigerd. Hij kreeg hierdoor echter wel wat nadeel. In het middenspel besloot ik wat te gokken met een haarscherp plan. De finesses waren echter niet aan Knipper besteed. Met nog redelijk wat schijven op bord was de enige speelbare zet van Knipper verhinderd door een coup Philippe.

Ronde zeven: BP-van den Akker De kersverse WKganger was mijn tegenstander. Jeroen was vooraf de grote favoriet voor de eindoverwinning. Ik speelde deze partij rustig (ik wilde bij de eerste vier eindigen vanwege directe plaatsing voor volgend jaar). De opening 33-28 (17-21) 31-26 (20-24) en na het slaan 32-28! speel ik graag met wit. Dit speelde ik bijvoorbeeld ook tegen Baljakin op het NK. Doel is te spelen tegen de wat achtergebleven zwarte schijf op 5. Wit heeft daarentegen een makkelijke ontwikkeling. Een ideale opening tegen een GMI! De partij ontwikkelde zich gelijkwaardig. In een dun klassiekje moest ik echter flink uitkijken. Door een kleine finesse van mijn kant was een ogenschijnlijk winnende achterloop van van den Akker verhinderd. Hierop had hij zich echter in moeten laten, want nu kreeg hij na een verrassend offer een zeer slechte stand. Beiden braken wij door, maar ik had twee dammen en een schijf meer. Toen Jeroen met een foutief zetje afwikkelde naar een vier om twee (hij drie schijven en een dam, ik twee dammen) werd hij het slachtoffer van een trictracmotief. Dit motief zag ik natuurlijk, maar bij de uitvoering zette ik mijn dam op het verkeerde veld. Toen werd het nog remise. Mijn hoofd zag de winnende voortzetting, mijn hand deed de verkeerde (Gelukkig blijkt uit nadere analyse dat Jeroen ook bij de beste zet nog op miraculeuze wijze had kunnen ontsnappen, zie het Nieuws Bulletin van 26 juni). Onlangs las ik dat Tsjizjow hetzelfde was overkomen...

Na deze remise bleek dat Jeroen, Sven en ik op de plaatsen drie tot en met vijf waren gefinished. Een barrage moest uitsluitsel brengen. Het tempo was 3/3, een prettig tempo!

Ronde één moest ik tegen van den Akker. Ik kwam vrij snel in de opening van den Akker-Schwarzman 0-2 (wk 2007) terecht. Hoewel ik zwart had leek het me niet verstandig dit schema te herhalen. Ik besloot een strategische hak te nemen... Hierbij kreeg ik een randschijf op 25. Jeroen maakte echter de fout deze randschijf te lang laten staan. Deze werd nu bijzonder sterk. Jeroen kreeg een wat uiteengeslagen stand. Toen Jeroen het ook nog eens nodig vond zijn korte vleugel op te sluiten was het in feite al gebeurd. Met precieze manoeuvres kreeg ik een winnend eindspel (nou ja, eindspel...)

Vervolgens speelden Winkel en van den Akker tegen elkaar. van den Akker kreeg groot voordeel, maar wist de (aanwezige) winst niet te vinden. Remise. Sven en ik mochten dus uitmaken wie nummer drie werd. Ik had aan een punt genoeg. Ik speelde een erg fraaie hakopening waar ik zeer tevreden over was: 3228 (1722) 2817 (1221) 3127! (2132) 3728! (712) 4137 (1117) 4641 (611) 3329! (1621) 2823!, 2924! enz. Een eenvoudige remise was het resultaat.

Ik ben uiteraard niet ontevreden met dit resultaat. Deze derde prijs hebben Sven, Jeroen en ik na afloop gezamenlijk gevierd met cola, cassis en bier! Na de prijsuitreiking ben ik snel huiswaarts gekeerd om de 87ste verjaardag van mijn opa te vieren!

Bennie Provoost