Het eerste team had op 30 januari een onverwacht lastige middag tegen Lelystad, voorlaatst geklasseerd in de Eerste Klasse B. Gerard de Groot blunderde in de opening waarmee hij twee schijven verloor. Hij gaf meteen op en zette de thuisploeg binnen een kwartier op achterstand. Het duurde drie uur spelen voordat invaller Harry Zandvliet, die in de opening een schijf cadeau kreeg, de stand weer gelijk kon maken. Daarna lukte het maar niet om een partij te winnen. Pertap Malahé kwam een gezonde schijf voor, maar overzag een doorbraakje en kon het eindspel vervolgens niet meer winnen. Frans Teijn verkreeg ook een eenvoudige doorbraak maar faalde ook in de afwerking. En Roy Bidesi leek een winnende stand te hebben, maar wilde te snel forceren waardoor hij een zetje tegen kreeg dat nog maar net remise was. Frans van Eenennaam haalde met enig geluk een punt in een mislukte partij en Berke Yigitturk en Hein van Dee wisten ook geen voordeel te behalen.
Pas bij de 8-8 tussenstand wist Hans Giphart, zoals hij wel vaker doet, in een laat middenspel de winst te forceren. Langzaam maar zeker voerde hij de druk op waardoor zijn tegenstander in een eenvoudige doorbraak liep. Als laatste wist Wim Bremmer een lastig eindspel ook te winnen, zodat het toch nog 12-8 werd en Den Haag een kleine kans houdt op plaatsing voor de nacompetitie voor promotie naar de Hoofdklasse.