Pertap Malahé heeft – na een aarzelende start in de voorronde – uiteindelijk overtuigend zijn Haagse damtitel geprolongeerd. De DC Den Haag-speler won na de eerste winst in de finale tegen ODB-er Bonne Douma positioneel ook zijn tweede partij. Pertap ontving tevens als eerste de kolossale Anko Baksoellah wisselbokaal, vernoemd naar de plotseling overleden bekende Haagse dammer. Voor Pertap is dit al weer zijn zevende titel en het zou interessant zijn uit te zoeken of iemand hem dat ooit heeft nagedaan.
Het brons ging naar Wim Bremmer. Bas Baksoellah won na een verlies- en winstpartij en de daaropvolgende loting met Piet Scheeres de strijd om de vijfde plaats.
In de eerste klasse speelden alleen ODB-ers met één Scheveninger. Daar eindigde na veel rekenwerk achter kampioen Perkas Sewradj Wim Stoker als tweede en Ben Hoogland als derde. In de tweede klasse volgden Biswanand Rambaran en Nerin Bisseswar nummer één Jeremy Pauwels op het erepodium. Alex Kruyshoop viel hier buiten de prijzen, net als Radjin Chandarsing en Ron de Vaal.
Het achtentwintigste Zilveren Ooievaar Toernooi is gewonnen door Van Stigt Thans. In een spannend toernooi gingen de Schiedammers lang tijd gelijk op met gastheer Den Haag en Dammers uit Oost. Maar met een sterke eindsprint in de laatste ronde werd het punt achterstand op Den Haag goed gemaakt. Het winnende viertal bestond uit Frits Luteijn, Ton Burgerhout, Edwin de Jager en Kees Romijn en haalde 16 punten uit 12 partijen. Teamcaptain Luteijn nam bij de prijsuitreiking het zilveren kleinood, dat een jaar lang bij Jeroen op het dressoir had gestaan, met gepaste dank en eerbied in ontvangst. Toernooitopscorer werd DUO-speler Bjorn Winkel, die al zijn partijen won.
In de B-poule ging het sympathieke Scheveningen er met de eerste prijs van door. Aanvankelijk leek het Leids Damgenootschap onbedreigd op die plek af te stevenen. Maar een slechte slotronde tegen het tweede van Den Haag gooide roet in het eten. De B-poule was met vier deelnemende teams veel slechter bezet dan vorig jaar, toen maar liefst twaalf teams acte de presence gaven. Mogelijk was de ongelukkige datum hier de oorzaak van.
Het eerste viertal van Den Haag bestond uit Jeroen Kos, Fred Ivens, Gerard de Groot en Pertap Malahé, die respectievelijk 3, 3, 4 en 4 punten behaalden. In het tweede team werd Jan Kok met 5 punten topscorer. De andere drie spelers waren Bas Baksoellah (ook 5 punten), Jan Scholten en Radjin Chandarsing. De laatste stond zijn plaats af aan zijn bij CCR dammende neef. Andere Den Haag spelers die in actie kwamen waren Frans Teijn en Herman Vroom in het team van ODB. Ralf Harsveld kwam voor Scheveningen uit en boekte met 4 uit 3 een mooie score.
Het Paasdamtoernooi zorgde met bijna 40 deelnemers voor een goed gevulde Brink. Behalve de eigen leden waren er donateurs, aanhang en weer de delegatie uit Leiderdorp. Het was dus maar goed dat de organisatie met de aanschaf van ruim 1100 eieren het zekere voor het onzekere had genomen.
Halverwege werd duidelijk dat de strijd om de felbegeerde paasstol ging tussen Pertap Malahé, Wim Bremmer en Gerard de Groot. Laatstegenoemde wist echter zijn belagers af te schudden en kon zich een nederlaag in de laatste ronde tegen Jeroen Kos veroorloven om op weerstandspunten kampioen te worden.
Van de B-spelers speelde Ashok Mahabier het sterkste toernooi. Ashok maakte het diverse spelers uit het eerste het erg moeilijk. Nerin Bisseswar was de beste bij de C-spelers. Beide kampioenen konden naast de eierlawine ook een stol in ontvangst nemen. Daarna bleef het nog geruime tijd onrustig in De Brink...
Lukte het Wim Bremmer en Alex Kruyshoop vorig jaar in Leiden nog wel om naar het NK sneldammen te gaan, ditmaal eindigden er een aantal boven hen, ze scoorden 17 resp. 10 uit 13. Daouda Soumah (21 punten) en Jeremy Pauwels (15 punten) nemen hun plaats in. Jari Verkade, vorig jaar met een wildcard aanwezig in de welpencategorie, plaatste zich nu op eigen kracht voor de pupillencategorie, al moest hij wel een flink aantal (oudere) DMH-pupillen boven zich dulden. Desalniettemin een knappe prestatie voor Jari! Bas Baksoellah en Frans Teijn scoorden 1 resp. 3 punten minder dan Gerard Peroti en Daniël Boom die zich plaatsten voor het NK. Radjin Chandarsing eindigde als laatste WHDB-speler met 7 punten. Yasar Yigitturk was één van de twee pupillen die zich niet wist te plaatsen voor het NK, Falco Toet van DC VELO bleef hem voor. Ralf Harsveld kon bij de aspiranten geen potten breken.
(later meer)
Lukte het Wim Bremmer en Alex Kruyshoop vorig jaar in Leiden nog wel om naar het NK sneldammen te gaan, ditmaal eindigden er een aantal boven hen, ze scoorden 16 resp. 10 uit 13. Daouda Soumah (21 punten) en Jeremy Pauwels (15 punten) nemen hun plaats in. Jari Verkade, vorig jaar met een wildcard aanwezig in de welpencategorie, plaatste zich nu op eigen kracht voor de pupillencategorie, al moest hij wel een flink aantal (oudere) DMH-pupillen boven zich dulden. Desalniettemin een knappe prestatie voor Jari! Pertap Malahé moest het doen met een punt minder dan Wim. Bas Baksoellah en Frans Teijn scoorden 1 resp. 3 punten minder dan Gerard Peroti en Daniël Boom die zich plaatsten voor het NK. Radjin Chandarsing eindigde als laatste WHDB-speler met 7 punten. Yasar Yigitturk was één van de twee pupillen die zich niet wist te plaatsen voor het NK, Falco Toet van DC VELO bleef hem voor. Ralf Harsveld kon bij de aspiranten geen potten breken.
NK-finalist Jari in actie, linksachter kijkt Ralf toe bij zijn collega-aspiranten.
De 40e editie van de Lierse sneldamdag werd door 6 leden van DC Den Haag bezocht; Pertap Malahé, Frans Teijn en Bas Baksoellah in de hoofdklasse, Paul Heskes in de 1e klasse en Radjin Chandarsing en Alex Kruyshoop in de 2e klasse. In deze laatste groep werd door 7 spelers een dubbelrondig toernooi afgewerkt en na de 1e helft stond Alex bovenaan en Radjin onderaan. Na een forse inhaalrace eindigde Radjin op de 3e plaats en zakte Alex terug naar de 2e plaats, achter Wim de Kok. Paul plaatste zich in de ochtendronde voor de A-finale, maar kon daarin geen potten breken. Frans en Bas eindigden in de twaalfkoppige voorrondegroep van de hoofdklasse bij de laaste 4 en speelden daarna de C-finale, waarin ze 3e en 4e werden. Pertap plaatste zich voor de A-finale een eindigde daarin met Peter v.d. Stap op de 1e plaats. Barrage gaf geen uitsluitsel, dus werd gekeken naar het aantal punten in de voorronde, wat in het voordeel van Peter uitviel. Wel had Pertap nog als enige van hem gewonnen. Pertap liet zich in de A-finale van zijn sportieve kant zien, hij had Edwin de Jager door de klok kunnen jagen in een remisestand. Hij deed dit niet en achteraf kostte hem dit de titel. Kees Romijn maakte het kwartet finalisten compleet.